Irrigatie

Irrigatie en regenval kunnen het aantal trips op uienplanten aanzienlijk verminderen. De fysieke impact van water en het achterblijven van waterdruppels op bladeren remmen de activiteiten van trips. Bovendien kan de vorming van een korst op het bodemoppervlak door watersproeiers de toegang van prepoppen en poppen tot de bodem, waar ze beschutting zoeken, beperken.

Vitale planten die minder last hebben van hittestress zijn ook minder gevoelig voor o.a. tripsschade. Deze theorie was nog niet proefondervindelijk aangetoond en telers hadden hier vaak vragen rond. De voorbije jaren werden veldproeven aangelegd waarin het effect van irrigatie op trips werd bestudeerd. Uit de aangelegde proeven in prei (PSKW) en kool (Inagro) in het eerste proefjaar kon door de veelvuldige natuurlijke neerslag in 2021 geen relevante informatie verzameld worden. Het tweede proefjaar werden twee preiproeven aangelegd (1 PSKW en 1 PCG) waarbij een niet-geïrrigeerd veld vergeleken werd met veldjes die geïrrigeerd werden via bovenberegening/sprinklers en via meer water-efficiënte druppelirrigatie. De tripsschade in de veldproeven was door de hoge druk enorm groot. Statistisch gezien konden geen grootse conclusies gemaakt worden maar er was wel een tendens dat de geïrrigeerde prei minder beschadigd was. Preiplanten met voldoende vochtvoorziening vertonen meer groeikracht, terwijl preiplanten met droogtestress een dikkere waslaag vormen op de groene bladeren om verdamping te beperken. De erkende gewasbeschermingsmiddelen dienen voor een optimale werkzaamheid tegen trips opgenomen te worden in de plant, dit proces verloopt beter bij groeikrachtige planten.  

Doorheen het project werden uiteindelijk 6 proeven uitgevoerd om de relatie tussen tripsbeheersing en irrigatie na te gaan, dit vooral in prei. Een positief effect was waarneembaar, maar dit is niet altijd eenduidig en het effect kan verschillen tussen rassen. Hoewel de impact van regenval op de tripsontwikkeling en schade zeer groot is, zien we dat dit minder is voor bovenberegening. Vermoedelijk gezien de grotere omgevingsimpact (temperatuursverandering, luchtvochtigheid,…) die gepaard gaat met een regenbui in vergelijking met een beregeningsbeurt.